Belangrijk is dat de juiste schoenmaat wordt gekocht. Denk hierbij aan de lengte- en breedte maat en de balomvang. De lengte maat van de schoen moet één tot anderhalve centimeter langer zijn dan de voetlengte. Vaak is de lengte van beide voeten niet gelijk, bij het bepalen van de voetlengte neem je de lengte van de langste voet en de langste teen. Dit hoeft niet altijd de grote teen te zijn. Daarnaast moet de schoen voldoende breed zijn. De breedte wordt gemeten ter hoogte van de bal van de voet. Ook is het belangrijk dat de schoen voldoende omvang heeft. Dit heet de balomvang. Is er sprake van een schoen met weinig ruimte in de neus van de schoen en heeft de voet een forse balomvang dan zal de schoen gaan knellen in de voorvoet. Er zijn schoenen verkrijgbaar in verschillende breedte maten.
Als er schoenen gekocht worden moeten deze altijd aangepast worden. De lengte- en breedte maat van de schoen kan namelijk per merk verschillen. De lengte maat 38 van het ene merk hoeft niet even lang te zijn dan maat 38 van een ander merk. Ditzelfde geldt voor de breedte maat.
Houdt daarnaast rekening mee waarvoor je de schoen koopt. Als de schoen bedoelt is om mee te wandelen dan koop je geen schoen met hakken maar een wandel- of sportschoen. Schoenen met hakken geven extra druk op de voorvoet en is daarom meestal geen goede keus. Voor op de werkvloer gelden er vaak eisen waaraan de schoen moet voldoen. In veel beroepen, zoals de bouw, is het verplicht om veiligheidsschoenen te dragen. Deze schoenen hebben vaak een stalen neus en een stalen plaat in de zool. Dit om de voeten te beschermen tijdens de werkzaamheden. Bij andere beroepen is het juist weer belangrijk dat de zool van de schoen een antislip laag heeft.